Vogeltrek
Ieder jaar trekken honderdduizenden vogels over onze provincie en het waddengebied van de overwinteringsgebieden naar hun broedgebieden én omgekeerd. Daar kunnen we in de Trynwâlden ook volop van genieten. We zijn hier gezegend met water- en voedselrijke terreinen. De Ryptsjerkster Polder, de Bouwepet en het Bûtefjild vormen een waar eldorado voor de doorreizende vogels.
Geen vogel op de wereld die tijdens z'n reis tussen broed- en overwinteringsplek zo'n grote afstand aflegt, dan de Noordse stern (Noardske Stirns, Sterna paradisaea). De vogel broedt vooral in arctische streken en overwintert in het zuidpoolgebied, 15.000 tot 20.000 kilometer van de broedplaats. In het voorjaar gebeurt dat in tegengestelde richting.
|
Deze Noordse stern werd in augustus 2013 op de Inner Farne voor de kust van Northumberland gefotografeerd terwijl ze haar kroost van eten voorzag.
De Noordse stern broedt in het Noordpoolgebied, waaronder Spitsbergen. Nederland ligt aan de zuidgrens van het broedgebied en geldt hier als een zeldzame broedvogel: in 2023 werden er zo’n 700 broedparen geteld. Foto: Rinze de Vries, Inner Farne, 6 augustus 2013. |
De Tureluur (Tsjirk, Tringa totanus) broedt vooral in Laag-Nederland en langs de grote rivieren. 's Winters vertoeven de meeste tureluurs in de Delta en de Waddenzee. Er broeden zo'n 20.000 paar en dat aantal neemt langzaam af. In de winter verblijven hier op z'n hoogst 55.000 tureluurs. Daarnaast trekken in het najaar tienduizenden tureluurs door Nederland op weg naar de overwinteringsgebieden in West-Europa en Afrika.
In ons gebied broedt de tureluur op een aantal plaatsen. Opvallend is de grote concentratie op Ameland, in de laaggelegen vochtige graslanden en het Nieuwlandsreid aan de Waddezeekant. De tureluur links werd bij Hollum gefotografeerd. De kaart is afkomstig van de Vogeltrekatlas.nl. Deze online atlas biedt een schat aan informatie over trekvogels, wereldwijd.
Voor de Kievit (Ljip, Vanellus vanellus) is Nederland een belangrijk doortrek- en overwinteringsland voor kieviten uit Noord- en Oost-Europa. Een deel van de in Nederland broedende kieviten trekt in de herfst deels weg, het overige deel overwintert hier, afhankelijk van de winterse weersomstandigheden.
Op de kaart zijn de in ons gebied broedende kieviten weergegeven. In de wintermaanden zijn er nog wel enkele doortrekkers waar te nemen, maar we hebben nagenoeg hier geen overwinterende vogels, integenstelling tot bijvoorbeeld Ameland. Bron: Vogeltrekatlas.nl.
Op de foto een overwinterende kievit onder Buren op Ameland, 26 januari 2025. |